Skip to content

Overwintering van succulenten

Voor de meeste liefhebbers met een broeikas is het overwinteren van de meeste succulenten soms wel wat gedoe. Of je nou planten hebt die in onze winter in winterrust zijn, of juist actief zijn (zoals Tylecodon, Conophytums en veel andere mesembs). Veel liefhebbers laten hun planten de hele winter in de kas. Ingepakt met bubbeltjesplastic aan de binnenzijde of de buitenzijde (wat maar het meest praktische is: niet elke succulent is vriendelijk voor bubbeltjesplastic) voor de nodige isolatie, houdt een klein kacheltje de temperatuur binnen de kas vorstvrij.

Zelf ben ik al jaren gewend al mijn planten elk november naar binnen te sjouwen, wanneer het structureel dreigt te gaan vriezen. Een enkele nacht met -1 of -2 buiten is geen probleem. In de kas is het dan net nul graden, ook als ik de ramen nog een beetje op heb staan voor de frisse lucht. Mijn planten worden redelijk hard opgekweekt. Het kost mij elk najaar of voorjaar (in maart moeten alle planten weer de kas in) ongeveer 60 wandelingen en een paar uur tijd om al mijn planten op de plaats van bestemming te krijgen. Elke wandeling is tweemaal een rit van 50 meter, het huis door en een trap op.

Daar plaats ik ze in een onverwarmde kamer, en mogen ze geheel onverwarmd de winter doorkomen. Maar zelfs op de koudste dagen is het op zo’n kamer op de eerste verdieping boven nul graden. En na het neerzetten in hun winterverblijf weer terug lopen voor de volgende rit. Ondertussen weet ik niet beter, en is het voor mij normaal. En het is natuurlijk goed voor mij, dergelijke beweging (hoewel met acht tot tien uur beweging per week er geen noodzaak is nog meer te bewegen). Ik moet er alleen op letten niet te zwaar te willen tillen. Dat vind mijn rug meestal niet leuk. Ben er nu achter dat het beter is tweemaal zoveel te lopen en te sjouwen, dan effectief de handen en armen zo vol mogelijk te bepakken om op het aantal ritjes te besparen. Dat scheelt enorm op de belasting van je rug.

Mijn warmteminnende planten breng ik meestal al in oktober naar binnen. Half april mogen ze weer in de broeikas. Dus deze zijn ongeveer een tot twee maanden per jaar wat langer binnen dan de andere planten. Mijn Pseudolithos-planten, Uebelmannia en Discocactus gaan naar de woonkamer. De Euphorbia’s, Pachypodium, Adenium en andere caudexplanten gaan naar een aparte kamer waar de temperatuur ongeveer tien graden is.

Sinds de winter van 2011-2012 houd ik bewust een aantal planten ook in de broeikas. Van de beheerder van de site Cactusinfo.nl heb ik de zomer ervoor een Puna subterranea v. incahuasi gekregen. Hij kweekt zelf veel planten in een onverwarmde kas, waaronder deze Puna. Dus deze plant zou het ook bij mij goed de winter door moeten kunnen komen in een onverwarmde kas. Nu een paar later kan ik melden dat de plant de winters sindsdien prima heeft doorstaan, waaronder de koude januari en februari maanden van 2012

Deze winter probeer ik ook voor het eerst de planten die actief zijn tussen het najaar en het voorjaar in de kas te laten overwinteren. Voorheen haalde ik ze naar binnen (meestal eind december), en bracht ik ze begin maart weer terug. Maar dan verliezen deze planten wel een deel van hun groeiseizoen, met name in het voorjaar. Toch wel een beetje zonde. Dus voor deze winter heb ik geïnvesteerd in een klein broeikasje (platte bak), een losse thermostaat en een kleine verwarming. De kleine broeikas (twee vierkante meter) plaats ik vervolgens in mijn grote broeikas (dertig vierkante meter).

In de kleine broeikas plaats ik mijn planten, de verwarming en de thermostaat. De kleine broeikas heeft de functie te zorgen voor isolatie, en te zorgen dat de op te warmen ruimte zo klein mogelijk is. De verwarming is een klein straalkacheltje met ventilator, die de warmte van zich af stuwt. Deze kachel heeft ook een eigen thermostaat, maar die is voor mijn doeleinde niet echt nauwkeurig genoeg (je kan het niet instellen op een bepaalde hoeveelheid graden). De thermostaat heb ik zo ingesteld dat als de temperatuur onder de 1 graad komt, de verwarming aanslaat. De verwarming staat op de laagste stand, en blaast voorzichtig warme lucht in de kleine broeikas. Als de thermostaat eenmaal merkt dat de temperatuur eenmaal boven vijf graden komt, slaat de verwarming weer af. Het duurt bij een nacht met lichte vorst ongeveer drie tot vier minuten voordat de kleine broeikas opgewarmd is van 1 graad tot vijf graden. Vervolgens duurt het ongeveer een uur tot de temperatuur weer is gedaald van vijf graden tot 1 graad. De verwarming is er vooral voor de nachten. Overdag is het meestal een warmer in de broeikas. Het is zelfs zeer waarschijnlijk dat de verwarming helemaal hoeft aan te slaan overdag, op de meeste winterdagen. Als de zon schijnt hoeft ook bij strenge vorst de verwarming niet aan; het is dan zelfs erg behaaglijk in de broeikas. Al met al denk ik dat de bijkomende kosten van verwarmen wel erg beheersbaar zal blijven. In ieder geval met zo’n kleine ruimte die ik verwarm. Wordt het echter erg langdurig koud een week of twee weken lang met overdag en ‘s-nachts flinke vorst, dan zou ik altijd kunnen overwegen voor die duur de planten die ik verwarmd in de kas laat overwinteren toch nog even binnen te halen.


Dit artikel is in iets andere vorm eerder gepubliceerd op Cactusinfo.nl: http://cactusinfo.nl/index.php/verhalen-van-liefhebbers/97-liefhebbers/398-overwintering

Back To Top