Skip to content

Coryphantha macromeris var. runyonii DJF 1035

OLYMPUS DIGITAL CAMERA
met bloem en knotsvormige zaadbes

Je kunt deze soort  aantreffen onder de volgende namen: Mammillaria runyonii, Lepidocoryphantha runyonii, Lepidocoryphantha macromeris var. runonii, Coryphantha runyonii, Coryphantha macromeris  en Coryphantha macromeris var. runyonii. Ik ga er van uit dat de laatste naam volgens de huidige inzichten de correcte is.

Macromeris betekent: met lange delen en dat kan wat mij betreft zowel op de tuberkels als op de doorns als op de bloemen en als op de vruchten slaan.

Evenals de vorige keer besproken Echeveria runyonii is deze plant verder genoemd naar de Amerikaanse ‘cactusjager’  R.

Runyon. De aanduiding DJF 1035 staat voor een veldnummer van

OLYMPUS DIGITAL CAMERA
Zaadbessen

David J. Ferguson.

 

In 1996 heb ik deze soort voor het eerst gezaaid.

Het zaad had ik van het clichéfonds en volgens de zaadlijst kwam het van Mesa Garden in Arizona. Achter de naam stond tussen haakjes: “zachtroze bloemen”. Aangezien de meeste Coryphantha’s geel bloeien, leek me dit wel een aantrekkelijke keuze. De planten die ik uit dit zaaisel over heb, hebben wel iets van de bekende Mammillaria (Dolichothele) longimamma. Maar naast een stuk of 7 randdoorns heeft runyonii ook nog minstens 1 vervaarlijk priemende middendoorns die tot wel 6 cm lang is. De middendoorn(s) is in de nieuwgroei donker gekleurd, bijna zwart. De planten spruiten rijkelijk aan de basis en bloeien uit meerdere koppen tegelijk.

Coryph runyonii uitsnede zaaisel kleur
jonge zaailingen in een 5,5 cm potje

Door dat spruiten kunnen op de duur matten van wel 1 meter in diameter ontstaan. De bloemen zijn inderdaad roze en vrij groot (7 cm diameter). De knotsvormige groene zaadbessen worden behoorlijk groot, wel 2 cm in diameter en 3 cm lang. Zie de foto Ze drukken de tuberkels opzij en na verwijdering van de rijpe vrucht heb je dan een soort gat tussen de tuberkels maar dat trekt snel bij.

Een nadeel is dat de planten zoals wel meer Coryphantha’s een soort honingkliertjes hebben. De kleverige zoete vloeistof  die er uit komt kan wat zwart worden (roetdauw) waardoor de plant er een beetje vuil uit gaat zien. C. runyonii groeit van nature in de zuidelijke Verenigde Staten en in het noorden van Mexico. Een goed doorlatend mineraal grondmengsel is aan te bevelen. In de winter natuurlijk koel en droog houden.

Back To Top